22 november 2021

IJsland 2021 — Húsavik: op walvisjacht en de infinity pool van Geosea

Vandaag geen lange ritten, de dag staat geheel in het teken van water. Onze wekker moet ook niet zo vroeg staan vandaag, want we worden pas om tien uur verwacht… in de haven!

Eerst een streepje geschiedenis, want de plek waar we nu zijn, Húsavik, bulkt ervan en het zou zonde zijn als je daar alles van miste. Volgens de IJslandse sagen werd op deze plek immers de eerste permanente Vikingnederzetting gesticht. Het eiland was al rond het jaar 830 bij toeval ontdekt door de Noorse Viking Naddoður, die eigenlijk onderweg was geweest naar de Faeroer maar uit koers was geslagen door een storm. Naddoður had echter enkel in de rapte een berg beklommen en toen hij nergens een spoor van menselijke beschaving zag, was hij snel weer aan boord gegaan en teruggekeerd. De tweede Viking die hier langs kwam (rond 860 en eveneens vanwege een storm, want wie komt nu hierheen met opzet?) was de Zweedse Viking Garðar Svavarsson. Hij was iets dapperder: hij besliste helemaal om het eiland heen te varen. Hij doopte het eiland ook prompt "Garðars eiland", een naam die niet zou blijven plakken. Helaas werd het weer tijdens zijn omvaart zó slecht dat hij besloot de winter uit te zitten. Samen met zijn bemanning bouwde hij dus een huis in een beschutte baai, het eerste huis van heel IJsland. Die plek kreeg dan ook de naam "Huizenbaai"… Húsavik in het IJslands. Na de winter vertrok Garðar weer naar huis, maar een van zijn matrozen glipte weg en bleef achter. Samen met een achtergebleven slaaf en slavin zouden zij de eerste permanente bewoners worden van dit enorme eiland. De naam van die matroos? Náttfari (nachtegaal of nachtvaarder).

Na het ontbijt (onze ziekepieten lijken zich beter te voelen!) duffelen we ons warm in en trekken we naar het water. Vandaag gaan wij immers walvissen kijken! En niet zomaar vanop de kade maar aan boord van een boot! Het korte ritje door Húsavik schildert het beeld van een slaperig dorp met mooie residentiële wijken gewikkeld rond een kleine maar oeroude haven. Verschillende boten en scheepjes liggen zacht te wiegelen in de omhelzing van pieren en golfbrekers. De kade is nagenoeg uitgestorven maar op één plek staan een paar auto's; wij parkeren de onze ernaast. De grond is volledig verijst dus voorzichtigheid is geboden: je wil zo al niet op je snoet gaan, maar uitglippen en in de ijzige wateren van de Arctische Oceaan terechtkomen klinkt helemáál onprettig. Een vriendelijke dame van North Sailing zegt dat we aan boord mogen gaan van de boot aan het eind van de aanlegsteiger. Op de boeg prijkt de naam: Náttfari! Zie je nu wel dat even opletten loont?


de haven van Húsavik

onze nachtvaarder ligt al op ons te wachten

Eenmaal aan boord krijgt iedereen een stevige overall aangereikt. We hadden ons thuis al dik ingeduffeld, maar de extra bescherming van de overall zorgt ervoor dat we het de hele tocht aangenaam warm zullen hebben. De trossen worden losgemaakt, en de Nachtvaarder vertrekt. We worden gewaarschuwd dat het buitengaats wel eens levendig zou kunnen worden, maar tot ieders verbazing valt het allemaal goed mee: de golfslag krijgt wel grip op ons zodra we de veilige haven hebben verlaten, maar we worden niet van links naar rechts geslingerd. De begeleider geeft eerst kort uitleg: hij vertelt dat we het meeste kans maken om bultruggen te zien, omdat die doorgaans maar zo'n tien minuten onderblijven en in deze periode geregeld in deze baai worden gespot. 's Winters trekken bultruggen naar de poolgebieden om zich lekker vol te vreten, 's zomers zakken ze weer af ze naar (sub)tropische gebieden om te paren en te kalven. Er komen ook andere types walvissen in deze wateren voor, maar de meeste anderen kunnen enkele uren onderblijven, dus statistisch is de kans gewoon veel kleiner. Hij is nog aan het uitleggen wanneer de schipper de gas indrukt en we plots met stevige snelheid verder de baai op varen. "Daar zien we al onze eerste walvis," zegt de begeleider. "Een bultrug. Wat zeg ik, het zijn er twee! Op elf uur." Iedereen begeeft zich naar de bakboordkant van de boot en de camera's schieten tot leven.

Wat volgt is tweeënhalf uur spotten, varen, gapen en wachten tot de volgende spotting. Wanneer de twee walvissen bovenkomen, zien we zo'n minuut lang hun donkergrijze rug met dat opmerkelijk kleine vinnetje boven de waterlijn. Zodra ze beslissen te gaan duiken, komt hun enorme staart boven water. Twee, drie seconden zie je die afsteken tegen de witte bergen alvorens ze onder de golven verdwijnen. Er is een Franse onderzoekster aan boord, en die legt uit dat de twee walvissen bekend zijn, maar nog niet eerder samen zijn gezien. Ze weet niet welk geslacht ze zijn, maar vermoedt dat de twee gewoon een tijdje samen foerageren. Geen romance dus, maar wel heel leuk voor ons. Tegen het eind varen we nog even verder naar het westen in de hoop nog een andere walvis te spotten, maar dat blijkt niet zo succesvol dus keren we gauw naar onze vrienden terug. Wanneer we de haven weer naderen, worden de kaneeltaartjes en warme chocomelk bovengehaald: heerlijk!


de fluo brigade is gearriveerd

Sam is not amused

Lot en ik versmolten tot één zeemonster

Stijn zag dat het goed was

bultrug op 11 uur!

daar zien we de eerste rugvin al verschijnen

als de walvissen de duik inzetten, krijgen wij prachtig zicht op hun staartvin

enorm panorama! Je kan hier klikken als je het in volle glorie wil zien

Lore geniet in stilte (tot ik haar kom storen)

Carolien, Hanne en Stijn

de Sylvia, van concullega "Gentle Giants"

Sam heeft dan toch haar glimlach gevonden

Julie is ook in haar nopjes

het Arctische IJsland

Na ons avontuur op de golven keren we terug naar ons huisje. We lunchen op ons gemak, stoppen de kleinsten in bed en spenderen de namiddag met luieren. Rond vijven stappen we opnieuw in de auto voor een 5-minutenritje. Bij aankomst is het alweer flink beginnen schemeren, maar dat maakt ons niets uit. We kleden ons om, en gewapend met onze zwembroek duiken we een derde keer een zalig heet bad in. Maar dit is speciaal. Balancerend op de kliffen die uitkijken over de Arctische Oceaan ligt Geosea – voluit "Geothermal Sea Baths" – een badplaats waar ditmaal geen heet zoet, maar zeewater komt opwellen na contact met ondergrondse hitte. Het is een interessante ervaring! Het water loopt zomaar over de rand waarna het via de rotsen de zee in duikelt. Het zoutgehalte zorgt er natuurlijk voor dat we geweldig dorst krijgen, dus genesteld in een kuip gloedheet water bestellen we ons een heerlijke pint met uitzicht over de nachtelijke zee. Er zijn slechtere plaatsen om een rustdag af te sluiten. En het voornaamste: onze ziekerds lijken eindelijk weer helemaal hersteld.


Geosea: baden in heet zeewater terwijl je over een ijzige baai uitkijkt waar walvissen foerageren (niet onze foto natuurlijk)

0 comments:

Een reactie posten

Een opmerking bij deze post? Laat het me weten!