13 november 2015

Mexico City - over onbedoelde diefstallen, Stampertje en louche jeugdherbergen


(Als je je afvraagt hoe ik in 's hemelsnaam in Mexico City terecht ben gekomen... Wel, dat vind je hier!)


Zondag 08/11/2015 - 04:49

Na een zeer korte nacht (gisteravond pas gaan slapen om 01:00) al ontiegelijk vroeg uit bed gelicht door de wekker. Tegen 4:00 waren we alweer op de been. Cathy (die goeie ziel!) bracht me met de auto naar station Mechelen, waar we uitbundig afscheid van elkaar namen. Intussen sta ik daar op de trein van 4:56 te wachten... Het hele station is van mij, er is geen levende ziel te bespeuren, maar de lucht is al gevuld met het gefluit van vroege vogels.



05:38

Joehoe! De trein heeft me intussen op de luchthaven van Zaventem afgezet. Hier is al iets meer volk op de been. De check-in is vlekkeloos verlopen, ik heb me al bij Starbucks in terminal B geïnstalleerd met mijn ontbijt, en nu is het wachten tot mijn vlucht vertrekt om 7:45.

08:51 (Engelse tijd)

Wel, de eerste vlucht verliep voorspoedig! Intussen op Heathrow aangekomen, na een aangename vlucht. Heb gisteren nog in een ingeving mijn zitplaats voor beide vluchten veranderd, en dat was een goeie beslissing: ik heb een zee van beenruimte!


Avonturen op Heathrow totnogtoe: ben zonet langs een boekenwinkeltje geweest, en heb me een boek, een portefeuille'tje (voor mijn Mexicaanse centjes) en een slaap-nek-u-vorm-kussen (getooid met de Union Jack want geen meerkost en oneindig veel cooler dan van die zwarte of rooie) aangeschaft. Bij de selfscan-kassa bleek er van alles mis te gaan met mijn Visa, dus heb er verschillende keren een (steeds minder) behulpzame dame bij moeten halen, die het uiteindelijk opgaf en me naar de bemande kassa stuurde. Daar ging alles echter toppie met de Visa, maar er klopte iets niet, en ik begreep pas wat toen ik even later de rekening checkte. Die kassakerel was mijn nekkussen vergeten rekenen! 12£ in het zakkie, heerlijk is dat. En daarmee ben ik dus eigenlijk een beetje een dief! 

Na die prettige ontdekking een beetje door de snufjeswinkel gaan slenteren, en blijven hangen bij de fototoestellen. Daar wat gespeeld met een kodakkemasjien, waardoor helaas niet één, niet twee maar liefst driemaal het alarm is afgegaan. Andere vriendelijke dame hielp me elke keer uit de nood ("don't you worry sir, it's very sensitive"), maar ben na de derde keer toch maar stilletjes weggeslopen.
Na dit ietwat beschamende moment ben ik me maar in de Starbucks gaan installeren (alweer? jawel!) Op dit moment staat een 'gingerbread latte' voor mijn neus, die smaakt naar pepernoten en sinterklaas (en dan bedoel ik de periode van het jaar, niet de baardige man!). Er is een aangename zithoek, met een prima uitzicht op de taxibanen:


Eens de koffie op is, trek ik weer verder. Ik volg de bordjes naar gate C54, die twee gebouwen verder blijkt te liggen. Maar niet getreurd, je moet gewoon een (lange) roltrap af, en daar, onder de grond, staat een geautomatiseerde metro op je te wachten. Eenmaal aangekomen slenter ik nog wat rond, tot het tijd is om te boarden. Aanvankelijk wordt aangekondigd dat we rij per rij boarden (very British), maar al snel laten ze weten dat iedereen tegelijk mag, met een dolle chaos tot gevolg (very Mexican). Maar goed, we zitten aan boord van een prachtige Boeing 747-400, met opnieuw een zee van beenruimte. Enig minpintje: mijn rechterbuurman is een ietwat lijvige man die geweldig zweterig ruikt. Nu is dat nog oké, vers zweet is geen ramp, maar ik vraag me af wat dat gaat geven binnen 12 uur!


19:11 (Mexicaanse tijd)

Wel, mijn schrik voor oude zweetgeurtjes was ongegrond! Mijn buurman had al snel gedaan met ruiken, ofwel was ik er gewoon snel aan gewend. Toch ook weer een minpuntje: hij begon op de meest idiote momenten met zijn been te stampen tegen de muur vóór ons (niet wiebelen maar echt stampen, zoals dat konijn uit Bambi!), ritmisch en vreselijk irritant. Zou hij een vrouwtje hebben proberen versieren? De stewardesses waren alvast weinig onder de indruk.

Op moment van schrijven dalen we door paarse schaduwwolken af naar onze eindbestemming, de lucht gloeit oranjerood: zonsondergang! Het is amper 18:00 hier, maar aan het thuisfront liggen ze allang met een vel over hun ogen. Ik geloof dat ik ook wel wat slaap kan gebruiken, ik heb tijdens de vlucht drie films, vier komische series en een documentaire gezien, maar helaasgeen oog dichtgedaan. Straks bagage meeroefelen, taxi naar de jeugdherberg en maffen dus!

Het vliegtuig verliest nu snel hoogte, en ik zie de duizenden lichtjes van de stad opdoemen als luchtbellen uit een donker meer. Het landingsgestel klapt uit, de flaps worden uitgezet, en het vliegtuig begint te trillen in de turbulentie. Plots herinner ik me iets dat ik ergens had gelezen: wegens de relatief ijle lucht (Mexico City ligt op 2200 m boven zeeniveau) schijnen opstijgen en landen het hier moeilijker te zijn dan op zeeniveau. Trivia zijn leuk, maar het wordt pas echt dolle pret als ze meteen geïllustreerd worden ook! Ik ben de gedachte nog aan het herkauwen wanneer de wielen de grond raken, en een machtige siddering door de mastodont gaat. Eén seconde lang lijkt het vliegtuig totaal losgeslagen zijwaarts te glippen. Iedereen wordt door elkaar gerammeld in zijn stoel, mijn illustere buurman grijpt met een machtige uithaal naar de leuningen, en klampt zich er in iets dat verdacht veel op doodsangst lijkt aan vast. Maar uiteindelijk gebeurt er niets, natuurlijk. De wielen krijgen vat op de tarmac, de zijwaartse beweging valt weg, en onze 747 glijdt hobbelend naar het eind van de landingsbaan. "All's well that ends well", zeggen de Engelsen, en dat is hier zeker ook van toepassing.

21:19 (Mexicaanse tijd)

Wat volgt is een grenscontrole, en het hemeltergende rondje wachten op de bagage. Zeker anderhalf uur ben ik hier mee zoet, maar uiteindelijk weet ik toch de frisse lucht in te stappen. Na een woeste maar vreemd opwindende taxirit door de onmetelijke buitenwijken van deze onmetelijke stad word ik afgezet bij een smal geveltje tussen een blinde, dreigend ogende garagepoort en een restaurant getooid met Chinese lampions en kerstverlichting, waar loeiharde salsamuziek uit naar buiten knalt. Het geveltje wordt bijna geheel ingenomen door een openstaande dubbele deur. Daarboven hangt een bord dat beslist al betere tijden heeft gekend, waar "Mexico City Hostel" op staat, mijn verblijfplaats voor de komende twee nachten. Ik ga naar binnen en stuit al snel op een traliepoort, wat me meteen een onveilig gevoel geeft. Een bewaker doet teken dat ik naar binnen mag. Ik betreed een lange gang met helemaal achteraan een balie bezet door een gespierde Mexicaan, die zijn uiterste best doet om te doen alsof ik niet besta totdat ik hem aanspreek. Ik geef mijn naam, hij snuistert wat in een agenda en schudt het hoofd. Ik spel mijn naam, bang dat hij het verkeerd begrepen heeft, en hij haalt ongeïnteresseerd de schouders op. Hij wacht, en ik ook, en wanneer blijkt dat ik toch niet zomaar ga afdruipen, begint hij wat in het Spaans te brommen. 
"Sorry?" zeg ik, waarop hij vraagt, met een flink accent: "private room?"
"Si," antwoord ik. Geheel voorbarig besluit hij dat ik blijkbaar toch Spaans kan, en dus gaat hij rad verder zonder dat ik ook maar iets versta. Mijn dwaze blik verraadt blijkbaar zijn vergissing, want hij zegt geërgerd "outside door, noember ielebben".
Hij wappert wat in de richting waaruit ik ben gekomen. Na een kort, zeer Babylonisch gesprek met de bewaker blijkt dat ik aan de overkant van de straat moet zijn, waar eveneens een jeugdherberg ligt, op nummer 11, eveneens genaamd "Mexico City Hostel". Want waarom makkelijk doen als moeilijk ook kan!

Maar wat een verschil!! Proper, vriendelijke bediening, goed en gezellig ingericht (al blijft het natuurlijk een jeugdherberg), en mooie kamer! En dat alles voor 52 EUR voor 2 nachten. En daar zit ontbijt bij inbegrepen. Ik stel me er niet al te veel bij voor, maar je weet naar nooit: misschien word ik morgenvroeg wel aangenaam verrast? Al de rest was alvast een succes. 

Het is halftien 's avonds, halfvijf 's ochtends in België. Ik ben kapot, maar ik blijf nog heel even hangen (met een welverdiend biertje). Des te sneller raak ik aan het nieuwe uur gewend. Ik heb me met een boek in de gemeenschapsruimte genesteld, waar behalve mij ook een luid ronkende snor-Mexicaan, vier Duitstalige meisjes van rond de twintig, een magere, bruingebrande Europeaan (type Hollander) van diep in de vijftig en nog wat ander volk te vinden vallen. Op een gigantische flatscreen draait een dramatisering van een obscure misdaad, in sensationeel Spaans ingesproken, waar travestieten en homohoeren bij betrokken zijn, maar zonder dat het ooit overdreven vulgair wordt. Er staat een comfortabele bank, een lange muurtafel met daarop drie pc's en in het midden op de vloer zeker tien bruine, faux-leren zitzakken. En in een daarvan zit dus een uitgeputte, naar Stampertjeszweet geurende Belg van zijn pintje te genieten.


Al benieuwd naar het tweede deel van dit verslag? Klik dan zeker hier!